Ruben werkt als jobstudent en breekt zijn been tijdens het werk. Hij kan die maand niet meer verder werken maar krijgt wel een kleine tegemoetkoming vanuit de arbeidsongevallenverzekering (93 euro). Enige tijd later krijgt hij bericht dat hij zijn groeipakket (423 euro) moet terugbetalen omdat het groeipakket niet te combineren valt met een sociale uitkering. Ruben is dus én zijn inkomen uit zijn vakantiejob én zijn groeipakket voor die maand kwijt.
De klachtenbehandelaar bij groeipakket verwijst naar de regelgeving en laat weten dat de terugvordering correct is. Ruben neemt contact op met de Vlaamse Ombudsdienst.
De Vlaamse ombudsvrouw bevestigt dat er volgens de regelgeving een onverenigbaarheid is tussen beide uitkeringen maar brengt dit probleem wel onder de aandacht van de regelgever door een aanbeveling te schrijven waarin zij wijst op de ongewenste neveneffecten van de regelgeving. Intussen wordt de invordering in het dossier van Ruben tijdelijk stilgelegd.
De regelgever pikt deze aanbeveling op en wil de regels aanpassen om dit probleem in de toekomst te voorkomen. Niet alleen Ruben, maar ook alle andere jobstudenten die tijdens hun vakantiejob of weekendwerk een ongeval hebben zullen niet langer hun groeipakket kwijt zijn. En ook Ruben moet dus niets meer terugbetalen.